Selecteer een pagina

[:nl]Reizen en afscheid nemen gaan hand in hand. Er is altijd wel iemand die je moet achterlaten om weer terug te gaan naar de mensen die op je wachten. Wanneer de dag van vertrek is aangebroken zijn Oom en ik allebei een beetje stil. Het waren drie geweldige weken waarin ik zoveel gezien heb, gedaan heb, gehoord heb, gevoeld heb en heb meegemaakt. Het Australische landschap was zogezegd ‘eyecandy’ voor de natuurliefhebber, de gesprekken onderweg waren eyeopeners maar dan is daar toch ineens het afscheid. Helaas, ik kan echt niet langer blijven, mijn kinderen wachten op me aan de andere kant van de wereld. Met nog een laatste grijns naar Oom, stap ik door de douane om mijn weg terug te vinden en rijdt Oom terug naar een leeg huis waar hooguit misschien nog een spinnetje op de deur staat te bonzen.

Met een brok in mijn keel en een laatste blik naar buiten stap ik moedig het vliegtuig in. Gelukkig verloopt alles vlotjes en zitten we al snel in de lucht. Ik zit gelukkig alleen, zodat het niet opvalt wanneer er af en toe een lach op mijn gezicht verschijnt of een traan in mijn ogen als ik de film van de laatste drie weken in mijn hoofd aan mij voorbij laat gaan. ‘Miss?’ Ik kijk op en zie dat de steward het tegen mij heeft. ‘Did anyone ever tell you, you look like a famous movie star?’ Ik kijk hem verbaasd aan. ‘You are just GORGIOUS!’ roept hij enthousiast uit. Bij gebrek aan een vlot antwoord glimlach ik vriendelijk. Hij raakt me even aan en loopt door. ‘Zou ik in freaking economy class zitten, als ik een famous movie star zou zijn?’ dacht ik later terwijl ik probeer het gekrijs van de kinderen aan boord te onderdrukken met muziek.

Vijf uur later stap ik uit op het vliegveld in Singapore. De warme, vochtige lucht voelt als een dikke deken. In minder dan een uur moet ik mijn gate zien te vinden. Flink doorstappend en berichten versturen via whatsapp, kom ik op tijd aan bij mijn gate. Veel tijd is er niet dus hop ik alweer snel op mijn volgende vlucht. Juist wanneer ik net geïnstalleerd zit, naast twee aardige dames, komt er een overenthousiaste steward vertellen dat iedereen mag zitten waar je wil zitten. Het vliegtuig is maar halfvol. Ik zie iedereen opspringen en hysterisch rondrennen. Hij komt aan mij vragen of ik ook meer ruimte wil, dus ik pak mijn spullen en verhuis naar de eerst volgende rij met lekker veel beenruimte. Later bleek dat dat niet zo’n handige keuze was geweest. De rest lag languit op 3-rij stoelen te slapen terwijl ik in gevecht was met leuningen die vast zaten. Slapen leek onmogelijk en ik kon mezelf wel voor de kop slaan dat ik niet verder was gelopen.

Na alle maaltijden en drankjes gaan de lichten uit. Iedereen gaat slapen en ik ben in gevecht met mezelf. Tot overmaat van ramp komt er recht tegen over mij een steward zitten, die blijft kijken alsof ik er stiekem van door zou kunnen gaan. Ik draai en schuif heen en weer maar niks lijkt comfortabel genoeg om in slaap te kunnen vallen. Verfomfaaid en totaal in de knoop met mezelf zorgt de koelbloedige airco er ook nog eens voor, dat het mijn lichaam langzaamaan bevriest. Nog even en ik voel me Elsa uit Frozen. Ik vrees dat bij de eerste beweging mijn benen in een miljoen ijssplinters uit elkaar zullen spatten. Als mijn benen niet zo bevroren waren, zou ik opstaan om Let it goooo te gaan zingen. Uiteindelijk val ik onder toeziend oog van de steward toch heel oncomfortabel in slaap, of is het een coma van de kou? Het zorgt er in ieder val voor dat er ongemerkt een paar uur van de reis worden afgesnoept.

En dan is het eind in zicht. De lichtjes van Schiphol verschijnen in de donkere nacht en in gedachte denk ik aan mijn kinderen. Zullen ze al uit bed zijn? Zullen ze nu in de auto zitten? De daling wordt ingezet en niet veel later stap ik de koude lucht van Nederland in. In een rap tempo vlieg ik door de douane, pluk ik mijn veel te zware koffer van de band en kom ik als een echte movie star met een grote grijns door de deuren op Schiphol. Ik gooi mijn karretje aan de kant en knuffel mijn kinderen tegelijk. Ik ben weer thuis. Met een Hollandse kop thee praten we bij over mijn reis en daarna begint de grote verhuizing terug, het uitpakken en opruimen. Yep, ik zit gewoon weer terug in het ritme. Onder het bekende ‘Mama’ geroep, pak ik mijn koffer uit en vind ik een envelop met een kaart erin. ‘Goodbye doesn’t mean you’ll be forgotten’ zegt de kaart. Het is een dubbel gevoel, blij dat ik weer bij mijn kinderen ben en verdrietig dat ik weer afscheid heb moeten nemen. Maar hopelijk niet voor lang.

Ik kan het niet vaak genoeg herhalen; Oom, super bedankt voor deze geweldige vakantie. Lieve ouders, dankjewel voor het opvangen en zorgen voor mijn kinderen. En iedereen die me enthousiast gevolgd heeft op mijn reis, bedankt voor alle leuke commentaren! Hopelijk to be continued!

[fbcommentssync][:]